Pagina's

08 december 2014

Huissleutels MUL.T.LOCK WINKHAUS en NEMEF

Van Leijenberghlaan iets van de hoek De Boelelaan 7/8-12-2014.

Drie huissleutels:
  1. MUL.T.LOCK 225
  2. WINKHAUS ....604
  3. NEMEF  KM ...088 41



E-mail

04 december 2014

Wie naar het Gym gaat moet ook echt leren

"Dieper, breder en completer is de gymnasiale opleiding, wellicht de beste ter wereld.
Daar komt bij (kunst-)geschiedenis en cultuur, filosofie en geloof"

De buitenschoolse activiteiten eerder als trekkertje voor de desbetreffende school behaagden oudere leden van de VVvhG minder, ze willen namelijk en dat is niet slecht bedoeld dat er ook nog geleerd wordt...! Ja echt! Dus aandachtig aanhoren en leren, zo nodig stampen en vooral mond dicht. Tja, de jonge mens van tegenwoordig is wel wat gemakkelijker, de zwaarwichtige Goetheaanse sfeer is niet meer.

Maar alles is goed bedoeld in de toespraak van de rector van het St.-Ignatiusgymnasium op 24 februari 1992, ook de ouders hoorden met belangstelling toe wat kun kind te wachten staat. Met afval moet je natuurlijk rekening houden.

Overigens was de voormalige H.B.S. net zo diep, breed maar met afzien van de klassieken. Het is wat je maar niet-compleet noemt, in het Duits "real" maar dat klinkt weer positief. Dan is het Gym dus overbelast? Waar heb je het eigenlijk voor nodig? Je kunt buiten die erfelijke ballast, zulks Joris-Karl  Huysmans al zeide, dat wel, maar toch moeten er mensen zijn met wel die kennis van oude zaken. Het zou ook facultatief en dan vrijwillig kunnen zijn, eventueel in buitenschoolse uren.

Ten slotte dat geloof dan. Geen missen meer, wel eens een soort dienst met Kerst en Pasen. De inhoudelijke materie is meer een oriëntatie op de wereld dan een opsluiten achter hekken als vroeger.

18 oktober 2014

Benden in het MO-Gebied kunnen alles kopen

De geldelijke inkomsten van de benden in het MO-gebied zijn enorm, er kunnen wapens te kust en te keur van worden aangekocht. Het Londense netwerk CAR onderzocht 1800 hulzen die uit 18 landen blijken te komen: de wapenhandelaren verdienen goud geld! Hiermee is de controle op wapens dan ook goed weg. Dat doet mij bevroeden dat voor veel geld (ook) (ooit) radioactieve materie kan worden verkregen voor de fabricage van een vuile bom, hèt angstscenario van het Westen, immers benden zijn nimmer diplomatiek onderhandelingspartner. Als chantagemiddel zou dit het absolute einde zijn.

Financiën benden:
  1. Olieopbrengsten, de ruwe olie wordt altijd verkocht;
  2. Plunderingen, o.a. van geldinstituten en kunstwerken;
  3. Donaties van en door hen in Golfstaten
  4. Gijzelingen en slavinnenmarkt.

Die Zeit 18-10-2014

Familie Otto H. Frank c.s. valt ooit eens op door heimelijk Verblijf



16 oktober 2014

De heer Otto Heinrich Frank was der Familie Frank c.s. pater familias, ondernemersgeest, Duitse banken-afkomst, had het bezit van het onderduikverblijf, regelde de voedselvoorziening en bestuurde onzichtbaarderwijs op afstand zijn firma. Maar een familie op een kluitje produceert ook afval, hetwelk in vuilnisbakken wordt gedeponeerd en voor de verwijderdienst des morgens op straat moet worden gezet. Elke keer weer afval, totdat des morgens vroeg een nieuwsgierig mannetje ongemerkt eens gaat snuffelen en een zooi bemerkt van (verpakking van) etensresten. "Zoveel?", kreunde hij, "en wij moeten ons in bochten wringen om nog wat aan meer eten dan van de distributiestamkaart alleen te komen." Hij vertelt dit door waarna er iemand lucht krijgt van 'n schuiladres en anoniem (zonder afzender) de SD inlicht. Ik kan niet inzien dat 'n mevr. als Ans van Dijk uitkijkt naar huisafval want zij was gespecialiseerd in ongemerkt uithoren van cafébezoekers.

Het adres wordt geobserveerd totdat de Dienst genoeg weet.

Zoiets als 'n dagboek heb ik nooit gelezen, van de familie nauwelijks geschiedkundige informatie. Dit moet ondanks de aanhoudende propaganda voor deze zaak toch kunnen, ikzelf heb recht in het richten op en het inrichten van mijn eigen interesses. Eenmaal deed ik moeite een meerdelige familiebeschrijving te lezen in het weblog
Herstel de Republiek. Wat ik van dit gecomponeerde verhaal gedacht heb weet ik niet meer of ik moet mijn archief raadplegen, het is me grotendeels ontgaan geworden. In elk geval is zoiets te lezen voor mij een hoge uitzondering geweest want voornoemde familie heeft niet mijn interesse.
 
Gemeentelijke vuilnisbak 1965 met serienummer

Evenzeer is het mij verwonderlijk dat buren nooit het veelvuldig gebruik van de toilet hebben bemerkt, de warmte die van een bovenruimte afstraalt hebben gevoeld, waar te nemen aan sneller smeltend sneeuw of de verspreiding van stank hebben bespeurd. Watermeters waren er nog niet, die zijn sindsdien voor welke opsporingsdienst een prachtig controlemiddel. Het gebruik van gas en licht zou voor een bedrijfspand niet opvallen. Maar toch, dat deze club het nog twee jaar ongemerkt uitgehouden heeft is wel een sterk staaltje want het bewijst zonder meer het intellect van de pf.

PS: Pater familias is een Latijns begrip van lang voor Cicero. De declinatie is dus ouderwets.

Geplaatst door Josz-Vosz op 13:15 

14 oktober 2014

Versleutelingssoftware nog beter om op jezelf te mogen zijn

VeraCrypt is geboren, gefeliciteerd!
Er ontstond een internationale verontwaardiging toen geruchten kwamen van het wegvallen van TrueCrypt, een versleutelingsprogramma voor files en bestanden. Waarom? Het was een succesvol programma dat tot dan toe de naam had onbreekbaar te zijn voor opsporingsdiensten. Ook voor de grote organisaties als CIA, die met de beste servers en brute force deze besloten files niet aankonden. Zou van hieruit druk zijn uitgeoefend op de ontwikkelaars van TrueCrypt of zijn ze gewoon omgekocht en naar een vacantie-eiland gedwongen? In elk geval is dit programma toch verdwenen.

Stemmen kwamen op om internationaal een nieuw programma op te bouwen. Men verweet wel dat onfrisse figuren met foto's en video's en zo meer hun heimelijke bezigheden aldus konden versluieren maar toch, het is een kleine groep vergeleken met hen dit gewoon een ruimte alleen voor zichzelf willen bezitten. Waar heb je dit nog? Overal word je beloerd waarover Jaron Lanier weet te vertellen in zijn dankrede na de ontvangst van de Friedenspreis des deutschen Buchhandels, op zondag 12 oktober 2014 te Frankfurt/Main. Om niet te spreken van de sportkleedkamer waar een psychopaath een paar jaar lang een camera achter een luchtrooster heeft verstopt. Zo ook de computer, alles wat je schrijft wordt vastgelegd en is door de internet-rechercheur m.b.v. Encase op te zoeken. Met zips kan je al heel wat verbergen, ooit las ik dat in Engeland je onder bedreiging van gevangenisstraf tot het overhandigen van paswoorden kunt worden gedwongen. Clouds zijn buitenshuis maar toch ook buiten je controle. Maar TrueCrypt was het einde! Allereerst een duidelijke ruimte waarop on the fly bestanden naartoe konden worden gebracht en met paswoord teruggehaald. Maar nog mooier dat in die ruimte een geheime ruimte is met een tweede, nog geheimer paswoord. De opsporingsdienst kan hierover niet een paswoord opeisen want hij weet niet eens dat er een ruimte achteraan is en waarom zou je dan niet beter zwijgen? Dit nu, is iets om in deze tijd van somberheid echt enthousiast van de worden!

Keep silence

Maar dan is er nu toch VeraCrypt met als programmatische grondslag het vorige programma, mooier dat het was.

VeraCrypt
Downloads

12 oktober 2014

Patrick Modiano en de Vertelkunst

Vanuit de Franse magazines La Quinzaine en de opgeheven Les Nouvelles Littéraires ken ik enigermate de auteur Modiano. De man schrijft verhalen over de Franse tijd van oorlog en bezetting, vanzelfsprekend in litterair Frans. Te prijzen is zijn afwijzing van persoonlijke publiciteit. Toch herinner ik mij dat in de tachtiger, denk ik, ook kritiek op hem werd geleverd maar dat ben ik vergeten.

Des enfants bien habillés.
  
Maar niet dat wat hij schrijft dus litteraire fictie is. Best mogelijk dat deze teksten om het Duitse begrip te gebruiken bildhaft zijn en dus echt lijken. Dat is vertelkunst!


08 oktober 2014

Marius Flothuis bij de Vrijdenkers




 Door Jos Heitmann
Amsterdam, 6 oktober 2014

In oktober 2014 wordt herdacht de honderdjarige geboorte van Nederlands componist, musicoloog en muziekcriticus Dr. Marius Hendrikus Flothuis. Het Concertgebouworkest verricht een drietal muziekuitvoeringen als ook hieruit een ensemble op twee plaatsen van voormalige KZ’s te Nederland en Duitsland. Ik kreeg het idee mijn herinnering aan die knappe man op te schrijven niet eerder dan dat ik mijn archief heb geraadpleegd. Op een punt na heb ik alles wat ik mij altijd heb herinnerd gevonden.



De reden van het schrijven van dit essay
In de functie van secretaris van de afdeling Amsterdam van de Vrijdenkersvereniging De Vrije Gedachte, v/h De Dageraad, nodigde ik in december 1973 de heer Marius Flothuis uit voor het geven van een lezing, te zullen houden op 24 februari 1974. Hij was direct enthousiast en op 6 december verklaarde hij mij allang zelf vrijdenker te zijn alsmede dat zijn vader vijftig jaar geleden al bestuurslid was van De Dageraad te Amsterdam. Een prachtiger aanknopingspunt had ik niet kunnen aantreffen! Maar hij gaf mij eerst een plaagstoot met de vraag of zelfstandig denken wel te rijmen is met het uitnodigen van sprekers? Dit zou soortgelijks wist de cultuurfilosoof Dr. C.W. Rietdijk voor 6 oktober 1974 ook met mij spelen door mij strengstens te vragen of ’n vrijdenker überhaupt wel lid van ‘n vereniging moge zijn? Deze geleerde wachtte net zo lang totdat ik een bevredigend antwoord had gegeven.

Afkomst van Flothuis
Zijn vader Marius Hendrikus, geboren te Hoogeveen in 1873, was aanvankelijk onderwijzer in het openbaar lager onderwijs, vervolgens leraar Duits aan de middelbare school, wellicht de oude H.B.S. te Amsterdam, zijn moeder Anna B.N. Hamel onderwijzeres. Beiden huwden te Amsterdam in 1908 en kregen twee jongens, een in 1909 en Marius, dus de jongste, op 30 oktober 1914. Dat was hem mooi tot voordeel daar zijn broer hem de beginselen van de muziek heeft bijgebracht. De vader stierf in 1950. Een andere broer van zijn vader, Albertus, was ook leraar, ditmaal aan het Gym en diens vrouw ook onderwijzeres.
Zijn grootvader Hindrik Jacobs, geboren 1834, was gemeentesecretaris te Hoogeveen. Of deze ook officier in het KNIL geweest is weet ik niet.
Johan Georg Hamel, roepnaam Georg, was de broer van zijn moeder en werd hem tot steun in jeugdig muziekonderricht.

Is Flothuis Joods?
De familienaam zijner moeder doet mij dit ten sterkste vermoeden maar het tegendeel blijkt tot mijn verbazing waar! Immers in de verdere familie van mevrouw Hamel is geen Joodse aanwas te zien. Dat de naam Hamel ook niet-Joods kan zijn zij voor mij nieuw. Mijn eindexamen-klasgenoot van het St.-Ignatiuscollege Joost met dezelfde naam is tot in 1995 voorzien geweest van pikzwart haar, hij was Joods, net zoals zovele kinderen op het Ig. Zie mijn School-Herinneringen (pdf) en mijn Beeldbank. Echter huwt deze oom wel een Hendrika Jacoba Staal, wat toch ook weer een Joodse naam is.
Zelf is Flothuis met twee (geseculariseerde) Joodse vrouwen gehuwd geweest: Lenie Sternheim in 1937, gescheiden in 1946 en met Roosje Voorzanger in 1953 die in 1978 overleden is. Roosje kende Flothuis al in 1948 en naar hij mij gezegd heeft is zij hem in een moeilijke periode van grote steun geweest. Zijn dankbaarheid bracht Flothuis tot uiting door zijn vijfdelig strijkkwartet uit 1952 Opus 44 aan haar op te dragen. Prachtig te weten dat de bouwmeester P.J.H. Cuypers een zelfgebouwde piano (het hout dan, met schilderingen aan de achterkant) zijn aanstaande ten geschenke gaf.
Een levenslange vriendschap onderhield Flothuis met zijn twee Joodse klasgenoten van het Vossius, Lou de Jong en Sem Dresden (de neef).
Nee, Flothuis is niet Joods, noch halfjoods maar hij heeft gehad, waarin de ervaring aan de Duitse Bezettingstijd wel rol speelt, een psychische affiliatie met Joodse mensen. Verder bewondert hij Julliete Gréco van de foto (vóór haar neusoperatie) gekiekt op de boulevard te Parijs 1948.

De Fondation
De tekst van een lezing had Flothuis al opgesteld daar hij een uitnodiging had ontvangen van de toenmalige Fondation Européenne de la Culture te Amsterdam. Vandaar zijn snelle toezegging bij ons te komen! Het verbluffende komt dat Flothuis mij uitnodigt erbij te zitten om te zien of zijn lezing voor vrijdenkers wel geschikt is! Ik zegde toe te luisteren. Maar het nare is, ik ben nog boos op mijzelf, dat ik in mijn archief geen datum heb kunnen vinden wanneer ik naar die bijeenkomst ben gegaan. Ik kan redelijk inschatten dat hij een halve tot anderhalve maand vóór Flothuis’ vrijdenkerslezing (op 24 februari 1974) heeft plaatsgevonden.

Mijn bezoek aan de Fondation
Op de desbetreffende avond van de vergadering liep ik de Directievilla, het curieuze bijgebouwtje van het Rijksmuseum, ingang Hobbemakade, in en kon meteen naar de vergaderzaal komen, ouderwets knus en gemoedelijk. Ik zag het deftige gezelschap al rustig met elkaar praten, Marius Flothuis zat rustig aan de kopse kant van de vergadertafel, de voorzitter vlak bij hem. Ik bemerkte Rutger Schoute en misschien anderen die ik van de radio kende. Ik werd niet gegroet, zette mij neer op de voor mij gereserveerde stoel aan de muur, dichtstbij de gastspreker. De lezing was getiteld Muziek en Realiteit.
Zij duurde maar zo’n twintig minuten, doch de gesprekken hierna vulden wel meer dan een uur. Alleen een korte instemmende reactie van Rutger Schoute, wellicht ook anderen waarvan ik geen weet meer heb doch in tegenstelling tot de spreekbeurt van een vrouw wel. Zij zat namelijk in het muziekonderwijs voor de allerjongste kinderen en ze begon in prachtig Nederlands met mooie stem haar werk te beschrijven hoe hun de beginselen van het Orff-instrumentarium moesten worden bijgebracht. Dit is me nogal wat, daar doe je wel heel wat jaren over. Het resultaat moet goed geweest zijn, als een kind begint te tikken komen er anderen die in ritme meegaan. Ik vond het ongeloofwaardig, kinderen moet je niet hun gang laten gaan, dat is vruchteloos maar ze juist kennis van zaken bijbrengen zoals ook in Marius’ opvoeding is geschied. Afgezien van de inhoud van haar verhaal is de presentatie nogal walgelijk, eerder een egotrip van haar zogenaamde kunde ten overstaan van dit waardige gezelschap. Flothuis luisterde met volle aandacht, wat gebogen rug, nogal peinzend, en knikte waar nodig. Zijn hele gedrag van bescheidenheid, soms bedeesdheid of verlegenheid stak schril af tegen de poeha van sommige aanwezigen. Ik zweeg natuurlijk en dacht er het mijne van. Toen het gezelschap was uitgedaasd, begon de voorzitter het aanstaande diner te bespreken, waarop ik wist dat mijn tijd van vertrek was gekomen. Ik keek even rond en verliet de zaal, werd wederom niet gegroet.

Mijn voorstel
Gewoonlijk duurt een lezing voor de Vrijdenkers in Krasnapolsky eenmaal zondags in de maand vanaf 10:30 tot 12:30. Maar met een tekst van 20 minuten houd je dus wel tijd over. Ik stelde mij wederom in verbinding met de knappe man en gaf hem het advies en langzamer te spreken en eventueel tussen de regels à l’improviste toevoegingen te verrichten, alles om de tijd te rekken. Drie kwartier is mooi genoeg wil je de aandacht niet verliezen. Ook bij ons moest je rekening houden met hen die een egotrip willen maken en een vraag gaan stellen die eerder lijkt op een speech of ook weer egotrip. Sommigen kunnen danig egoïstisch zijn en willen maar al te graag hun eigen stem horen. In de lezing die Flothuis zal geven heeft hij mijn raad opgevolgd.

De Aankondiging in Amsterdamsnieuws DVG januari 1974
Ik schreef in dit afdelingsblaadje de volgende inleiding.

24 februari 1974
Dr. Marius Flothuis (Amsterdam). Een lezing, getiteld:

Muziek en realiteit

De heer Flothuis is artistiek leider van het Concertgebouworkest en thans hoogleraar aan het Instituut voor Muziekwetenschap te Utrecht.
Wat is het, dat doet beklijven, de muziek of in zekere mate de tekst. Merkwaardig, dat vrijdenkers liefhebber kunnen zijn van Bach’s passiemuziek. Hoe kan Mahler zeggen, dat "Meine Zeit noch kommen wird", terwijl Beethoven's koorfantasie uit prultekstoverwegingen op de rommelzolder ligt. Ook in de muziek kan zich de filosofie van de tijd nestelen. Mozart had het over „Ein Weib ist das herrlichste Ding". Laat het Vrouwenhuis het niet horen. Heel bont maakte Ravel het met de allitteratie "Pavane pour une infante défunte” dat vanwege die eigenschap boven het werk werd geplaatst.
De geijkte repertoirewerken vormen nog altijd de basis van de muziektempel (recette), zodat moderne muziekwerken bij wijze van experiment worden uitgevoerd. Een ondogmatisch lichtpuntje in de muziekgeschiedenis:
Aan de Franse componist Erik Satie (1866-1925) werd gevraagd of een van z'n klavierstukken (Gymnopédies) de vorm had van een rondo of een scherzo?
De meester antwoordde: "Het heeft de vorm van een peer."

DE LEZINGEN WORDEN GEHOUDEN IN KRASNAPOLSKY Dam 9 Amsterdam (hoofdingang ) De tijd:10.30uur.

Entree naar verkiezing. Gelegenheid tot vragen stellen en discussie.

Zondag, 24 februari 1974
De vergadering was goed bezocht, ik maakte vooraf dan ook reclame in Vrij Nederland, De Groene. Zij werd voorgezeten door Jan de Ronde die net 75 jaar geworden was. De wijze van spreken was zoals ik verwacht had, rustig en niet opdringerig, de mensen luisterden met alle aandacht. Van de reacties weet ik niets meer, wel die van de ervaren voorzitter, al sedert 1929 actief in de vrijdenkersbeweging, die verklaarde deze lezing over muziek een absoluut unicum te vinden in de vereniging!
Maar even naar het begin van de vergadering toen menigeen nog zijn plaats zocht. Ik zat naast de spreker en converseerde met hem op zachte toon. Plots in een opwelling, zonder uiterlijke emotie, liet hij zich ontvallen Duitsers schoften te vinden. Heel zachtjes, dit kan niemand gehoord hebben, ik wist dat een verleden in twee KZ’s niet vergeten kan worden. In elk geval heeft Flothuis mij vertrouwd en wist hij te verkeren in democratisch gezelschap dat het jongste verleden van de Duitse bezetting net zo verafschuwde.

Mijn verslag in Amsterdamsnieuws DVG maart 1974
De heer DR. MARIUS FLOTHUIS (Amsterdam) sprak op 24 februari over: Muziek en realiteit.
Er bestaan meerdere tegenstrijdige opvattingen over de vraag wat muziek voor de realiteit is. Helaas is de materie te complex en te abstract om kort samen te vatten. Zonder Flothuis onrecht aan te willen doen volstaan wij met enkele grepen pro memorie:


  •  Muziek kan een realiteit zijn, onafhankelijk van de/een tekst;         
  •  Met een onaanvaardbare tekst kan muziek afsterven; 
  •  Tekst kan muzikaal versterkt worden, zelfs kan muziek slechts een ondersteuningsfunctie hebben of kan tekst klankonderdeel zijn;
  • Er is geen absolute schoonheid. Vergeten schoonheden kunnen dit terecht zijn;
  • In de muziek kan de ritmiek en de omgeving van de tijd zitten; 
  • Als functie kan gelden de ernstige beluistering of ’het om zich heen hebben’;   
  • Sommige talen kunnen dichter bij de muziek staan qua syntax en accent;
  •  In de muziekstudie dient men te waken tegen ’hineininterpretieren’;
  • Ten slotte: Er is geen ‘religieuze’ of ‘politieke’ muziek, wel zijn er religieuze of politiek ge­ëngageerde musici!


Deze beschouwing over muziek is een unicum in onze vereniging geweest (Jan de Ronde).

Flothuis Koninklijke Onderscheiding
In het Amsterdamsnieuws DVG oktober 1974 vermeldde ik de ontvangst op 28 augustus 1974 van een hoge Koninklijke onderscheiding voor prof Marius Flothuis. Zijn bij die gelegenheid geuite waarschuwing luidde: “Wees(t) waakzaam, als zich tendensen voordoen die in naam van de democratisering iets heel anders beogen. Zorg(t) dat democratisering niet ontaardt in nivellering.”





Juliette Gréco geb. 7-2-1927 en Erskine Caldwell  Blv. Paris. c. 1948
Amsterdamsnieuws De Vrije Gedachte januari 1974

Amsterdamsnieuws De Vrije Gedachte maart 1974

 


Literatuur

Mijn herinneringen en mijn Archief van De Vrije Gedachte.
Nederlands Muziek Instituut. (n.v.). Marius Hendrikus Flothuis (1914-2001).
DBNL (2003). Marius Hendrikus Flothuis Amsterdam 30 oktober 1914 - Amsterdam 13 november 2001.
Concertgebouworkest (X 2014) Concertgebouworkest herdenkt Marius Flothuis.


Lees ook de Opmerkingen hieronder of vul deze desgewenst aan.

Memento mori



"Mozart is, ..., tot het einde van zijn dagen katholiek gebleven; zijn kritiek richtte zich niet op de religie maar op de kerk en haar representanten. Zijn aansluiting bij de vrijmetselarij is daarmee niet in tegenspraak."
BRON:  Flothuis, Marius (1997). De wereld waarin Mozart leefde. Nexus, 1997, Nummer 19, p 182.

Constanze Weber-Mozart

Constanze Weber (links) oktober 1840 als ze 78 jaar oud is tezamen met de familie Max Keller The Guardian 7-7-2006

Zie:

Thijl van Jan van Gilse in het Concertgebouw op 21 september 1976


Mailto:
 
Tel. +31 6443 351
Mob. +31 6 4434 1109